De productie en afzet van bloemen en sierplanten is de sterk getroffen door de COVID-19 crisis. De sector behoort niet tot de essentiële activiteiten, verkooppunten werden gesloten en belangrijke verkoopmomenten zoals Pasen en religieuze vieringen gingen op beperkte schaaal of niet door. Een groot deel van de productie is vernietigd en zal vernietigd gaan worden de komende weken. De dramatische daling van de nationale consumptie, die gepaard gaat met een zeer aanzienlijke daling van de export, zal leiden tot veel faillissementen als de regering niet snel met steunmaatregels komt. De sector scaht de verliezen dit seizoen in Andalusië op 270 miljoen euro, waarvan 50 miljoen in de snijbloemen en 220 miljoen bij de potplanten.
De sector eist van de regionale, nationale en Europa dat het zich met spoed inzet om het komende seizoen met enige zekerheid tegemoet te kunnen treden, waarvan de werkzaamheden op dit moment moeten worden gestart. Anders moeten erbij de verliezen van dit sezoen ook aanzienlijke verliezen van het komende seizoen worden opgeteld. De schade voor het seizoen 2020-2021 wordt geraamd op 75% van de omzet als er nu geen steunmaatregelen komen. De sector refereert aan de steun van 600 miljoen Euro die de Nederlandse sector aangereikt heeft gekregen.
In Spanje hebben zowel de Junta de Andalusië als de regering van het land deze steun afhankelijk gesteld van de reactie van Brussel, waardoor de sector vreest dat ze te laat komen. Hulp is noodzakelijk, maar het is ook noodzakelijk om nu te weten of het beschikbaar zal zijn. Een recente enquête onder professionals uit de industrie concludeert dat, als de omstandigheden niet veranderen, 80% van de kwekerijen in de sector zou kunnen verdwijnen.
Bron: Persbericht Asociaflor